AP/APC-functiepaneel: Weld Assist
Weld Assist is beschikbaar met X5 draadaanvoerunit AP/APC.
Weld Assist is een wizard-achtige functie voor de eenvoudige selectie van lasparameters. Het hulpprogramma leidt de gebruiker stap voor stap door de selectie van vereiste parameters.
In Weld Assist worden keuzes gemaakt met de twee regelknoppen.
Weld Assist gebruiken met MIG-lassen:
![]() |
Het huidig gekozen lasprogramma, inclusief informatie over de lasdraad- en beschermgasinformatie wordt weergegeven en gebruikt als basis in Weld Assist. Indien nodig kan het lasprogramma veranderd worden voordat u verder gaat, door "Lasprogramma wijzigen" te kiezen. |
![]() |
Als het momenteel geselecteerde lasprogramma (op het actieve geheugenkanaal) niet wordt ondersteund door Weld Assist, wordt de gebruiker begeleid om het lasprogramma te wijzigen. |
1. | Ga naar het Weld Assist-scherm en selecteer 'Volgende' met de regelknop om te starten. |
2. | Selecteer: |
>> Het soort lasnaad: stompe las / hoekverbinding / randnaad / stuiknaad / T-naad / buisnaad / buis+plaatnaad.
>> De laspositie: PA / PB / PC / PD / PE / PF / PG
>> De plaatdikte (1...10 mm). Opmerking: (de maximale plaatdikte voor de PG-positie is 3 mm).
3. | Weld Assist geeft u aanbevelingen voor de volgende lasparameters: |
>> Lasproces
>> Draadaanvoersnelheid
>> Gasdoorstroomsnelheid
>> Voortloopsnelheid
>> Aparte waarden voor grond- en vullagen (indien van toepassing).
4. | Sla de aanbevolen lasinstellingen van Weld Assist op door 'Opslaan' te selecteren. |
5. | Selecteer de geheugenkanaalsleuf om op te slaan. |
6. | Eenmaal opgeslagen, kan de geheugenplaats in gebruik genomen worden door Gebruiken in Weld Assist te kiezen, of later in de geheugenkanalen-weergave. |
De lasparameters die met Weld Assist zijn gemaakt, zijn nog steeds normaal aan te passen.
Tip: u kunt stap voor stap terug navigeren in Weld Assist met behulp van de linker regelknop. |