X5 Power Source 400 en 500
Deze paragraaf beschrijft de structuur van de X5 Power Source 400 en de X5 Power Source 500-modellen.
Voorzijde:
|
2.
|
Transporthandvat (niet bestemd voor mechanisch heffen) |
|
3.
|
Vergrendelingsinterface aan voorzijde (voor vergrendeling bovenop de koelunit of op de wagen) |
* Indicatorpaneel
|
1.
|
Indicator VRD (voltage reductie apparaat) |
>> De led is groen wanneer VRD is ingeschakeld en de onbelaste spanning lager is dan 35 V.
>> De led knippert rood wanneer VRD is ingeschakeld en de onbelaste spanning hoger is dan 35 V.
>> De led is uit wanneer VRD is uitgeschakeld en tijdens het lassen.
>> De led knippert groen wanneer de stroomspaarmodus voor MMA of gutsen is ingeschakeld (de stroomspaarmodus wordt automatisch toegepast na 15 minuten inactiviteit).
|
VRD is alleen actief in de MMA- en gutsmodus. |
|
2.
|
Indicator Hoge temperatuur (thermische overbelasting) |
>> De led is geel wanneer het apparaat oververhit is.
|
Als de stroombron oververhit is, wordt het apparaat uitgeschakeld door een thermische beveiliging en kan het pas weer worden ingeschakeld wanneer het is afgekoeld. |
|
3.
|
Indicator Vermogen aan/uit |
>> De led is groen wanneer het apparaat aan staat.
|
4.
|
Waarschuwing koelvloeistoftemperatuur |
>> De led is geel wanneer de koelunit oververhit is.
|
|
Als de koelvloeistof oververhit is, wordt het lassysteem uitgeschakeld door een thermische beveiliging en kan het pas weer worden ingeschakeld wanneer de koelvloeistof is afgekoeld. |
|
5.
|
Waarschuwing koelvloeistofcirculatie |
>> De led is groen wanneer de koelvloeistof normaal circuleert.
>> De led is rood wanneer er een probleem is met de circulatie van koelvloeistof.
|
|
Als de circulatie van de koelvloeistof geblokkeerd is, wordt het lassysteem uitgeschakeld door een thermische beveiliging. Controleer en verhelp het probleem voordat u het lassysteem weer gebruikt.
|
Achterzijde:
|
2.
|
Aansluiting spanningsmetingskabel (alleen Pulse+-stroombronnen) |
|
3.
|
Stuurstroomkabelconnector |
|
4.
|
Stuurstroomkabelconnector |
|
6.
|
Stekker laskabel, plus (+) stekker |
|
7.
|
Stekker werkstukkabel, min (-) stekker |
|
8.
|
Vergrendelingsinterface aan achterzijde |
>> Voor vergrendeling bovenop de koelunit of op de wagen.
