Lasprogramma’s toepassen
Om een MIG-lasproces en programma te selecteren en toe te passen, moet een bijbehorend geheugenkanaal worden aangemaakt.
|
Het gebruik van aanvullende lasprogramma's en Wise- en MAX-functies is mogelijk met de standaard X5-stroombron. Pulsstroombron is vereist voor het proces MAX Position (optioneel) en Pulse+-stroombron voor de processen WiseRoot+ (optioneel) en WiseThin+ (optioneel). |
Gebruik het lasprogramma dat overeenstemt met uw lasinstelling (bijv. lasdraad en gaseigenschappen).
|
1.
|
Ga naar het scherm Geheugenkanalen. |
|
2.
|
Ga naar het menu 'Acties'. |
|
3.
|
Selecteer 'Kanaal maken'. |
>> Er wordt een filterweergave geopend:
|
4.
|
Gebruik de filteropties (bijv. materiaal, draadmateriaal of draaddiameter) om de lasprogramma's te zoeken die het beste geschikt zijn voor het doel. |
|
Als handmatige MIG als proces is geselecteerd, worden andere filter- en lasprogrammaselecties uitgeschakeld. |
|
5.
|
Ga naar het gedeelte 'Lasprogramma' aan de onderkant om de geschikte lasprogramma's te bekijken |
|
6.
|
Selecteer een lasprogramma. |
>> Het geselecteerde lasprogramma wordt nu getoond in de filterweergave.
|
7.
|
Selecteer 'Opslaan in'. |
Wanneer u klaar bent, kunt u doorgaan naar het scherm Lasparameters om de lasinstellingen voor het nieuwe kanaal te verstellen of kunt u een nieuw kanaal aanmaken of teruggaan naar het scherm Geheugenkanalen.
Tip: Het is ook mogelijk om nieuwe kanalen aan te maken op basis van alle ongebruikte lasprogramma's die beschikbaar zijn. Daarvoor selecteert u Alles aanmaken in het menu Acties van het scherm Geheugenkanaal. Deze optie maakt gebruik van de beschikbare geheugenkanaalsleuven. |